zaterdag 2 maart 2019

Barokzusjes


De eeneiige tweeling Tineke en Judith Steenbrink is al van jongs af aan gegrepen door Barok. Met hun avontuurlijk orkest Holland Baroque gaan ze verrassende samenwerkingen aan. ‘Die eeuwenoude muziek is voor ons springlevend.’


‘We weten niet anders,’ zegt Judith. De vraag luidde: is het een voordeel om met je tweelingzus in een orkest te spelen? ‘We zijn een soort communicerende vaten,’ vult Tineke aan. ‘Als Judith minder tijd heeft om iets uit te werken, doe ik het – en andersom.’

Als meisjes hadden Judith en Tineke Steenbrink al een gemeenschappelijke voorliefde voor klassieke muziek en met name Barok. Die werd gevoed door een muzikale vader, die in een koor zong en zelf muziek schreef. ‘Ons ouderlijk huis stond vol met instrumenten en de keukentafel lag altijd bezaaid met partituren,’ vertelt Tineke in haar woning aan het Domplein. Vanaf hun zevende nam hun vader de zussen mee naar talloze klassieke concerten. ‘Mij is vooral een optreden van Jaap van Zweden met Vivaldi bijgebleven. Overweldigend!’, herinnert Judith zich. Tineke raakte als kind in de ban van een festival rondom Monteverdi.
Fotograaf: Ronald Knapp

Van enige dwang van huis uit was geen enkele sprake, benadrukken ze allebei. Hun enorme passie komt uit henzelf. Judith: ‘Het is onverklaarbaar waarom wij die fascinatie wel hadden en onze zussen en broers niet.’ Judith: ‘Dat is de magie van het leven, toch? Wij hadden de drive om elke dag onze muziek te oefenen, Tineke op orgel, ik op viool, terwijl de andere kinderen in ons huis advocaat of geoloog zijn geworden.’

Duelleren op het scherpst van de snede


Samen met acteur Gijs Scholten van Asschat en trompettist Eric Vloeimans brengt flamenco gitarist Eric Vaarzon Morel een reprise van Duende, een muzikaal en poëtisch theaterprogramma over Spanje, Portugal en Zuid-Amerika.

“The good, the bad and the ugly”, vermeldt de flyer van de voorstelling. Het lijkt, zeker in combinatie met de drie boeventronies, een verwijzing naar de spaghettiwesterns van Sergio Leone. “We hadden eerst een foto die we te braaf vonden. Deze setting van een shootout past goed bij de omschrijving dat we ‘duelleren op het scherpst van de snede’. Maar we gaan niks spelen van Ennio Morricone hoor,” vertelt Eric Vaarzon Morel.

‘Duende’ is de titel van de theatervoorstelling van flamencogitarist Eric Vaarzon Morel, jazztrompettist Eric Vloeimans en acteur Gijs Scholten van Asschat. Er hangt een zweem van mystiek rondom het begrip ‘duende’. Flamencomuzikanten vinden het vaak lastig om onder woorden te brengen wat de exacte betekenis is. Het heeft in ieder geval te maken met een gemeenschappelijk gevoel van muzikant en publiek tijdens een optreden. “Je kunt ‘duende’ wel vergelijken met het kippenvelgevoel. En dat gevoel kan net zo goed ontstaan bij een rockband of bij liederen van Schubert,” vertelt flamencogitarist, en nuchtere Amsterdammer Eric Vaarzon Morel.

Jazzmannen pur sang

Beiden hebben ruimschoots hun sporen verdiend: dichter/performer Jules Deelder en tenorsaxofonist Boris van der Lek. Samen met een gelouterde band serveert dit Rotterdamse duo op 15 februari in de FLUOR een portie jazz, blues en ballads, met tussendoor verhalen en gedichten van Deelder.

“Ja, Jules is inderdaad wat moeilijk bereikbaar,” beaamt saxofonist Boris van der Lek als ik hem vertel over mijn vergeefse poging om contact te krijgen met de Rotterdamse dichter. “Hij gebruikt geen telefoon en geen computer.” Over de muzikale capaciteiten van Deelder heeft hij niks dan lof. “Het is geweldig hoe Jules zich heeft ontwikkeld van performer/dichter tot muzikant. Hij is een uitstekende slagwerker geworden en hij zingt ook goed. Ik zou willen dat ik kon schrijven zoals hij drumt,” vertelt Van der Lek.

De twee spelen al 32 jaar samen, sinds hun ontmoeting op Boulevard of Broken Dreams. Deelder is de jazzman pur sang en schreef er boeken over, Van der Lek is iets breder georiënteerd: “Jazz is voor mij de alomvattende muziekstijl van alles wat ik mooi vind: blues, country, rock and roll en jazz dus. Jazz is een prachtig woord, maar het zegt niks verder.”
In de Fluor, Amersfoort.

Volgens Van der Lek beschikt de inmiddels 74-jarige Deelder over meer energie dan de rest van de band bij elkaar. “Hij is nooit een dag ziek, dat is echt heel bijzonder. We moeten hem soms een beetje afremmen, hij is net een jonge hond.” Een anekdote van manager Van ’t Groenewout onderstreept dit: “Tijdens een recent optreden in Haarlem, na de uitgebreide tweede set en de toegift, vond Boris het wel mooi geweest. Jules riep: "Ik ga niet van het podium. SPELEN!" Moest Boris er weer tegenaan. En ook in De Kroepoekfabriek, afgelopen zaterdagavond, bleef Jules nog even mokken op het podium: "Ik wil doorgaan!" 

Verlangen naar de lente


Rowwen Hèze is begonnen aan weer een nieuwe concerttour. De optimistische titel van de tournee, ‘Voorwaartsch’, mooie nieuwe liedjes en een fonkelnieuwe oefenruimte zorgen voor de broodnodige energie vooraf, zo vertelt zanger Jack Poels.

Geconfronteerd met de debuut cd van Rowwen Hèze uit 1990, ‘Blieve Loepe’, die voor de verslaggever fungeerde als prettige automuziek onderweg naar het Noordlimburgse America, reageert hij enthousiast: “Leuk, hier begon het allemaal mee ja. En er staan toch niet de minste nummers op. ‘Tuba’ spelen we nog steeds, net als ’n man & ‘n vrouw. ‘Dansen’ is een livefavoriet van de band en ‘Blieve Loepe’ is misschien wel ons beste nummer. We waren in die tijd al blij als we met carnaval ergens een optreden hadden,” vertelt Jack Poels lachend.

Het liep anders met de formatie die aanvankelijk garant stond voor onvervalste feestmuziek, (Los Limbos werd de band indertijd genoemd), maar gaandeweg steeds vaker de verstilling opzocht. Na de doorbraak op Pinkpop in 1992 volgden er talloze optredens op festivals, in popzalen en (later) in theaters. Ook is de Limburgse band meermaals onderscheiden. En nu is het weer tijd voor wederom een concerttour door het hele land, die zoals elk jaar uitmondt in een groots slotoptreden in hometown America. 

Hoe slaagt de band er in om zich steeds weer op te laden voor een nieuwe reeks optredens? “De titel van de tournee, ‘Voorwaartsch’, is natuurlijk een geweldige houvast voor mij: Een kapstok om alles aan op te hangen. Ik was ook een beetje klaar met alle jubilea en terugblikken vanwege ons dertigjarige bestaan. We moeten voorwaarts,” vertelt Poels.

Wat ook helpt om met een fris gemoed weer de podia op te gaan, is de fonkelnieuwe oefenruimte van Rowwen Hèze in America. “Sinds een half jaar is dit ons nieuwe hoofdkwartier. We hebben alles zelf ingericht en geschilderd. Dat voelt ook als een nieuwe start en het inspireert ons weer voor nieuwe liedjes. Ik wilde al een bord ophangen met Vitamine P er op, met de P van positief.” Gisteren was hier een vergadering van de voltallige band. “We zijn als een karavaan die weer vertrekt en nieuwe wegen inslaat. We hebben er veel zin in en voelen ons gezegende mensen met een mooie plaat in het verschiet. Alle neuzen staan voorwaarts.”

Dan weer te blij, dan weer te ernstig


Binnenkort staat Raymond van het Groenewoud in ons land met zijn solovoorstelling Kreten en Gefluister. Vrolijke meezingers en intieme luisterliedjes zullen elkaar zoals gebruikelijk afwisselen.  

Hij heeft een haat-liefde verhouding met Nederland. “Hollanders kunnen nogal luidruchtig zijn en hebben over alles een mening.” In 1996 schreef Van het Groenewoud al het lied “Ik hou van Hollanders”, met de tekstregels: “Ze hebben gelijk/ Ze lopen rood aan/ Ze hebben gelijk/En daar komt het op aan.”

Enigszins paradoxaal is het wel dat Raymond van het Groenewoud afstamt van Nederlandse ouders. Hij werd geboren in de omgeving van Brussel, maar woonde als puber enkele jaren in Amsterdam-Zuid. “Ik heb daar mijn beste jeugdjaren beleefd en voelde me er helemaal thuis. Ik beschouw me ook als een Amsterdammer, hoe raar dat ook klinkt.” Hij overweegt er nog eens een lied over te schrijven. “Ik wil niet klef zijn, maar ik zou er in principe wel graag van willen getuigen dat ik bij Amsterdam hoor.“

Een half decennium staat Van het Groenewoud inmiddels op de podia van België en Nederland. Zijn grote doorbraak beleefde hij met de klassieker ‘Meisjes’, afkomstig van het album ‘Nooit meer drinken’ uit 1977. “Een van de mooiste momenten uit mijn carrière was het telefoontje van de platenfirma toen ik voor eerste keer een Gouden Plaat had. Opeens ging het geweldig met wat ik me allemaal bij elkaar had gedroomd.” Van het Groenewoud was niet meer louter bekend bij “een handvol intellectuelen die mij gedoogden in de wereld van de kleinkunst”, maar ook bij de jongens en meisjes van het Lyceum. “Het kreeg een Rolling Stones gehalte.”

Wat volgde was een lange stoet van hits, zoals Je veux de l’amour, Vlaanderen Boven, Brussels by Night, Liefde voor Muziek, Chachacha en Twee Meisjes. Het contrast in zijn oeuvre tussen uitbundige feestnummers en ingetogen, poëtische liedjes is evident. “Ik hou van die afwisseling. De ene persoon vindt dat ik te ernstig en te filosofisch ben, de ander vindt me weer te absurdistisch en te blij. Maar ik trek het me niet aan hoor,” vertelt hij aan de keukentafel in zijn woning in Brugge, met prachtig uitzicht op de Spiegelrei en de oude binnenstad.

Losgaan op clubmuziek uit de 90’s en de 00’s


Liefhebbers van dance uit de 90’s en de 00’s komen helemaal aan hun trekken op de wintereditie van Gelderpop in Nijkerk. In de zomer was er al het zeer geslaagde Gelderpop op recreatiegebied Zeumeren in Voorthuizen, maar dit wordt een heel ander evenement, vertelt organisator Huub van de Vecht.

Wat is het grote verschil tussen beide edities?
De buiteneditie in de zomer was meer op pop gericht met bands als Miss Montreal en Blof.  Het thema is nu de 90’s en de 00’s, met artiesten en dj’s als Paul Elstak,  Def Rhymz,  DJ Jean en Johan Gielen. Het wordt een gaaf spektakel met een enorme lichtshow . We gaan terug naar de oude discosfeer!

Vertel eens wat meer over de programmering …
Er zijn twee podia: een main stage en een club stage. Op de mainstage treden grote eurodance live- acts op uit de jaren 90 en 00, zoals Twenty 4 Seven, T-Spoon en zoals gezegd Paul Elstak en Def Rhymz.  De clubstage is meer gericht op dj’s en de clubmuziek uit die tijd. Erick E is een bekende dj uit Club ROXY in Amsterdam, DJ Jean is een grote naam van Club de IT in Amsterdam en Johan Gielen was een tranceheld in de jaren 90.

Liedjes over voetbal


Meindert Talma, de onbekendste popster van Nederland, brengt een album uit met elf liedjes over eigenzinnige voetballers en trainers. 

Eerst maar eens informeren naar die wat archaïsche albumtitel, Balsturig: “De voetballers en trainers in de liedjes zijn allemaal personen met ‘een kop erop’, met een eigen karakter dus. ‘Balsturig’ betekent eigengereid, koppig. En er zit het woord ‘bal’ in natuurlijk,” vertelt de boomlange Meindert Talma in zijn pittoreske woning in het Groningse Noordhorn.

In een elftal liedjes bezingt Talma de eigenzinnige karakters van o.a. Arjen Robben, Robin van Persie, Louis van Gaal en Johan Cruijff, maar ook van minder bekende namen als Abe van den Ban en Jan Blijham. 

Sommige voetballiedjes lagen al enige tijd op de plank. “Die over het fietsen van Robben en de snoekduikkopbal van Van Persie heb ik gemaakt tijdens het WK van 2014,” vertelt Talma. Andere liedjes zijn ontstaan bij voetbalavonden waar Talma sinds 2012 na het verschijnen van zijn eerste voetbalalbum Eenmaal oranje (over eenmalige internationals als André Hoekstra, Bert van Marwijk en Oekie Hoekema) regelmatig voor wordt gevraagd. “Die avonden worden georganiseerd door het hele land. Zo heb je bijvoorbeeld ‘Bier en Ballen’ in Breda en ‘De bal is rond’ in Winschoten. Het is altijd leuk om dan een nieuw liedje te schrijven.” 

vrijdag 1 maart 2019

“Mensen vullen hun tijd met criminaliteit”


Strafrechtadvocaat Mr. Gerard Spong komt op 18 januari naar de Flint met zijn theatercollege ‘In vertrouwen’, waarin hij vertelt over zijn leven en carrière.

Spong zit intussen veertig jaar in het vak en werd zeven keer uitgeroepen tot Nederlands beste advocaat. Wat is het grootste verschil tussen spreken in de rechtszaal en in een theater? “In de rechtszaal word ik met enige regelmaat onderbroken, dat is in het theater niet het geval. Dat maakt het iets rustgevender voor mij. De bezoekers kunnen na afloop wel vragen stellen.”

fotograaf: Emma Pille
Sinds oktober vorig jaar staat Spong in het theater en dat bevalt hem prima. “Ik ben van beroep advocaat en geen entertainer, maar het is altijd boeiend om te spreken over heikele dilemma’s en omstandigheden in mijn vak.” De reacties zijn veelal lovend. Zijn theatercollege krijgt volgens Spong nog meerwaarde omdat een deel van de onderwerpen die hij bespreekt dagelijks de kranten haalt. “Dat wist ik natuurlijk niet toen ik de teksten schreef. Maar een onderwerp als de geheimhouderstelefoon van advocaten is nu heel actueel in de zaak Holleeder. En ik behandel ook zedendelicten en problemen met MeToo gevallen. Toevallig sta ik nu de heer Gosschalk bij: het grootste MeToo geval van Nederland.”

Lady of folk denkt niet aan stoppen


Judy Collins komt in januari 2019 naar ons land voor twee concerten. Op 16 januari geeft ze een concert in het Paard in Den Haag en 17 januari in TivoliVredenburg in Utrecht. Collins heeft intussen vijftig albums en diverse awards en nominaties achter haar naam.

Waarom heeft u de Nederlandse fans zo lang laten wachten? 

“Dat moet je aan mijn agenten en managers vragen. Ja, ik was er voor het laatst in de jaren 60 of 70, dat weet ik niet meer precies. Waarom hebben ze me eigenlijk nooit eerder gevraagd om weer eens in Nederland op te treden? Haha. Voor mij was er geen speciale reden voor en ik kom er graag terug. Ik heb goede herinneringen aan Nederland en kijk er erg naar uit. Het is een mooi land. “

U bent altijd erg politiek betrokken geweest. Hoe was het om in uw eigen land, waar Trump tegenwoordig de scepter zwaait, het kerstfeest te vieren?

“De kerst op zich was zeer geslaagd, met veel feestjes, lekker eten en veel vrienden. Ook ben ik nog naar de kerk geweest waar een jongenskoor Saint Thomas zong: dat was prachtig! Door Trump wordt het leven wel moeilijker hier inderdaad, maar wij Amerikanen zijn in staat om er met een positieve blik naar te kijken. We maken er iedere dag het beste van. Er zijn meer moeilijke tijden geweest voor ons land en toen zijn we ook optimistisch gebleven. Het is belangrijk dat we de principes waar ons land op gebaseerd is in stand houden. Ik heb ook een ketting om de nek met de tekst ‘Bied weerstand’, die me daar dagelijks aan herinnert. Er hangt politiek gezien trouwens een verandering in de lucht.”

Het succes komt nog, of niet


Groot Succes 2 is de titel van de nieuwe show van taalkomiek Ronald Snijders. Het is de opvolger van een show die misschien nog komt, en misschien ook niet. “Ik borduur in feite voort op het succes dat wellicht nog moet komen.”

“Of ik wel eens een oudejaarsconference zou willen doen?” Ronald Snijders moet even nadenken. “Ik vind het uiteindelijk leuker om iets te maken dat langer meegaat dan de waan van de dag of het jaar.” Maar goed, als hij er dan toch ooit voor gevraagd zou worden: “Dan zou ik het op mijn eigen manier doen en bijvoorbeeld een heel eigen draai geven aan een woord als ‘blokkeerfries’. Dat dit dan een stugge Fries is die voortdurend dwarsligt, ook bij vergaderingen en zo.”

Ronald Snijders is geen cabaretier in de klassieke zin van het woord. Absurdist is wellicht een betere omschrijving. In zijn shows hoor je hem zelden reppen over actuele kwesties. “Op Twitter doe ik dat wel. Maar over het algemeen gaat het meer over mijn binnenwereld dan over de buitenwereld. De buitenwereld is wel een inspiratie, maar via een een rare trechter in mijn hoofd komt alles er dan weer heel anders uit.” Hij voelt zich meer verwant met de doordachte humor van Herman Finkers dan met cabaretiers die de grappen op hun publiek afvuren. Andere grote voorbeelden? “Monty Python, Toon Hermans en André van Duin.”

Bitterzoete Route om bewustwording te creëren


Sinds oktober vorig jaar is er een een wandelroute langs twaalf straten in Lombok met een omstreden naam, zoals de JP Coenstraat en de Van Heutsztstraat. De bedoeling: het onderstrepen van de onfrisse kanten van Neerlands koloniale verleden. 

De Bitterzoete Route is een initiatief van de werkgroep Gepeperde Straten (bestaande uit activisten, studenten en politiek actieve leden) en de gemeente Utrecht. Studenten van de Universiteit van Utrecht deden, voorafgaand aan het uitstippelen van de route, onderzoek naar de straatnamen in combinatie met het koloniale verleden van Nederland. Fiona Frank van de werkgroep Gepeperde Straten had het liefst gezien dat de bordjes veranderd zouden worden, maar zover wil de gemeente vooralsnog niet gaan. “Dit is een eerste stap. Ons belangrijkste doel is om bewustwording te creëren,” vertelt Frank in café Kopi Susu aan de Kanaalstraat.

Frank (bestuurslid bij Groen Links, maar, zo benadrukt ze: “Ik doe dit op persoonlijke titel”) woont intussen meer dan twintig jaar in Lombok. De straatnamen vielen haar vanaf het begin al op. “Maar toen was de tijd er nog niet rijp voor. Nu zie je dat scholen hun naam veranderen, zoals de J.P. Coenschool in Amsterdam.” Mensen moeten volgens haar gaan beseffen dat Jan Pieterszoon Coen meer was dan een heldhaftige ‘gouverneur generaal van voormalig Nederlands Indië’, zoals het straatbordje in de Lombokse straat vermeldt. “Hij was ook een genocidepleger. Het zou geen slecht idee zijn om dat erbij te vermelden, maar of er dan nog iemand in die straat wil wonen?”

De Kik brengt een ode aan Boudewijn de Groot


Samen met een 23-koppig orkest brengt De Kik viermaal de albums Voor de overlevenden en Picknick van Boudewijn de Groot integraal ten gehore. Zanger Dave von Raven over zijn grote held: “Ik sta soms met tranen in mijn ogen die liedjes te zingen.”


“Naast Armand was Boudewijn de Groot mijn eerste kennismaking met Nederlandstalige popmuziek. Ik heb hem op mijn zestiende ontdekt en Voor de overlevenden was mijn allereerste plaat, gekocht op de rommelmarkt.“ De zanger van De Kik was meteen verkocht: “De teksten, de muziek, de arrangementen: het klopte allemaal. En Lennaert Nijgh schreef over dingen waar ik als teenager ook mee in de weer was: meisjes, het eerste biertje, de liefde. Die teksten kwamen echt binnen, weet je wel.”

Von Raven vergelijkt het onafscheidelijke duo Lennaert Nijgh en Boudewijn De Groot (tot aan de dood van Nijgh in 2002) met een ander illuster tweetal uit de popmuziek: Lennon en McCartney. “Afzonderlijk waren ze al bijzonder goed, maar als die twee samen in een ruimte zaten, gebeurde er echt iets bijzonders. Dan waren ze geniaal.” Voor de overlevenden, het tweede album van Boudewijn de Groot met o.a. de bekende liedjes Het land van 'Maas en Waal', 'Testament' en 'Verdronken Vlinder', is het favoriete album van Von Raven. “Daar kan ik duidelijk over zijn: het is een van de beste popalbums ooit en klinkt nog op geen enkel moment gedateerd.”

Cabaretier Patrick Nederkoorn legt zichzelf langs de meetlat


Patrick Nederkoorn maakte vier jaar geleden de overstap van politiek naar cabaret. Nu staat hij met het programma Ik betreur de ophef op de planken, waarin hij zijn politieke ambities fileert. “Uit de liefde voor politiek komt de gene voort.”

“Zonder mijn regisseur Pieter Bouwman had ik deze voorstelling niet kunnen maken.” Cabaretier Patrick Nederkoorn zegt het meermaals tijdens het gesprek. Bouwman (Comedeytrain, Radio Bergeijk) was degene die hem dwong om tot de kern te gaan en nu eens een show over zichzelf te maken. “Nu moet je echt het onderste uit de kan halen,“ hield hij me steeds voor.”
Nederkoorn was net gekozen tot fractievoorzitter van D66 in Amersfoort, toen hij besloot om na vier jaar de politiek vaarwel te zeggen en zich volledig in te zetten voor het cabaretierschap.

In zijn nieuwe voorstelling fileert Nederkoorn de opgeblazen ambities die hij had als politicus. Meedogenloos, maar met humor. Hij wil wel erbij gezegd hebben dat de voorstelling niet alleen over politiek gaat, maar ook over liefde en schaamte. “Maar het gaat er vooral over hoe je jezelf kunt kwijtraken, en in een bepaalde wereld onoprecht kunt worden.”

Toen hij politieke uitspraken van zichzelf ging terugluisteren, ook op advies van Bouwman, moest Nederkoorn toch wel even slikken. “Ik dacht eigenlijk dat ik het best goed gedaan had in de politiek, maar daar ben ik van teruggekomen. Het is een systeem dat bij mij veel slechte eigenschappen triggert, zoals gladheid, het wegduwen van twijfel en het niet wezenlijk geïnteresseerd zijn.” Omdat hij ook in zijn privéleven te kampen kreeg met deze karaktertrekken, besloot hij dit onderwerp centraal te stellen in zijn theatervoorstelling . Een zoektocht naar oprechtheid.

The Yearlings terug met nieuwe cd


Na 14 jaar verschijnt er weer een nieuw album van The Yearlings, de Utrechtse americana-formatie die er na twee mooie albums in 2006 opeens de brui aan gaf.


"Nu wil ik ook dat we nooit meer uit elkaar gaan. We gaan door tot onze dood," vertelt zanger/gitarist Olaf Koeneman lachend in Het Gegeven Paard. "En mocht het een keer minder worden of we hebben geen inspiratie, dan stel ik voor dat we tijdje onder de radar gaan. Maar niet meer uit elkaar, dat was helemaal niet nodig." Na twee fijne albums was het in 2006 opeens gedaan met de Utrechtse altcountry-formatie, die nog in het voorprogramma stond van Ryan Adams en The Jayhawks.

Fotograaf: Rene Martens
Fakebook
Zo'n zes jaar heeft Koeneman de gitaar niet uit zijn koffer gehaald. "Ik ben andere dingen gaan doen, zoals films kijken." Hij probeerde het nog even met de nieuwe formatie Fakebook, maar zonder veel succes. Andere bandleden waaiden uit naar The Gasoline Brothers en Moskowicz. Was was toentertijd de reden om met The Yearlings te stoppen? "Ik had het gevoel dat de band stil stond en dat we weer net zo'n plaat zouden maken als de vorige. En dat wilde ik niet."

Theater om te verbinden


Bright Richards was een beroemd acteur in Liberia, totdat hij 20 jaar geleden naar Nederland vluchtte vanwege de burgeroorlog. Theater hielp hem een nieuw bestaan op te bouwen. Samen met schrijver /regisseur Ko van den Bosch en componist /muzikant Oleg Fateev maakte hij de komische en confronterende vertelling The Bright Side of Life.

In de Stadsschouwburg van Utrecht vertelt Richards dat hij zonet een stevig gesprek heeft gehad met de Utrechtse wethouder van Cultuur, Anke Klein. “Er moet veel meer aandacht komen voor dit soort verhalen, zodat ook mensen van andere culturen naar de schouwburg komen.” Aan het woord is een theatermaker met een missie.

foto: Roel van Berckelaer
The Bright Side of Life wil Bright Richards bewoners van AZC’s en inwoners van een stad met elkaar in contact brengen. “De voorstelling is een soort ‘matchmaking event’ tussen talentvolle asielzoekers en de stadsbewoners.” Te vaak blijven talenten van asielzoekers ongezien. “Voor veel nieuwkomers is netwerken het grote probleem. Ze willen heel graag iets doen en beschikken over genoeg capaciteiten, maar ze missen de connectie met het bedrijfsleven.” Idealiter worden tijdens de voorstelling asielzoekers met een bepaalde arbeidswens gekoppeld aan iemand die hem of haar hierbij kan helpen.

Bright side of life is intussen ruim een half jaar in de theaters te zien en kreeg veel positieve media-aandacht. Ook was er al een nominatie voor het Nederlands Theaterfestival voor de beste theatervoorstelling van het jaar in een kleine zaal. Uiteraard is Richards verguld met alle positieve respons, maar daar is het hem niet om te doen: “Artistieke waardering is natuurlijk belangrijk, maar het gaat mij toch vooral om de sociaal maatschappelijke kant. Dat het door de culturele elite wordt gezien als vooruitstrevend en geengageerd theater had ik niet verwacht, maar ik heb de voorstelling gemaakt om mensen met elkaar te verbinden.”

Eigenaar snackbar Elinkwijk kwam met de schrik vrij


Slechts gewapend met een koekenpan bood Xiaofeng Jin vrijdagavond weerstand tegen de twee messentrekkende overvallers van zijn snackbar in Zuilen. “Ik was wel boos, maar niet bang.”

Aan een tafeltje in zijn snackbar op de Lelimanstraat doet eigenaar Xiaofeng Jin (54) vrij kalm zijn verhaal. “Mijn vrouw en ik waren achter in de keuken uitjes aan het snijden. Het was net erg druk geweest, maar op dat moment was het even rustig. Via een camera die in de zaak hangt konden we wel in de gaten houden wie er binnen kwam.” Het was zijn vrouw die opeens riep: “Een overval!” Op de camerabeelden was te zien dat twee jongens met een capuchon de snackbar binnenliepen en dat een van hen een koffiekopje pakte en het op de grond stuk smeet.

Xiaofeng Jin in zijn snackbar.
Even zat de schrik er goed in, maar van paniek was bij het Chinese echtpaar geen sprake. Terwijl zijn vrouw 112 belde, liep Xiaofeng via de achterdeur van de keuken, en gewapend met een koekenpan, de straat op naar de voorkant van zijn cafetaria. “Door het raam zag ik dat een van de jongens probeerde om de kassa te openen, maar dat lukte niet. Toen ze mij zagen staan, begonnen ze te schreeuwen en kwamen ze ook naar buiten.” Een van de jongens zwaaide met een keukenmes. “Ik zei: kom maar! Hij dreigde even, maar liep toen weg.” Dat tafereel herhaalde zich bij de tweede jongen, die in de snackbar een mes had gepakt. “Weer zei ik: kom maar! Ik was wel boos, maar niet bang. Ik denk dat ze ook wel van mij zijn geschrokken.”

De stad als personage


De Utrechtse schrijver/dichter Mark Boog situeerde zijn laatste roman in Utrecht. Hij laat zijn hoofdpersonage zwerven door de stad die geteisterd wordt door zware stormen.

Het idee voor de roman is langzaam gegroeid, zo vertelt hij in een Utrechts café. "Ik was al langer van plan een boek te schrijven over buitenstaanderschap, wat weer voortkomt uit het idee dat gebouwen bezield zijn. Dat laatste is uiteindelijk niet in het boek terecht gekomen. Maar daar lag wel de kiem van dit verhaal."

Café de Waarheid gaat over een man die zijn avonden, samen met drie oude schoolvrienden, slijt in de gelijknamige kroeg. Op een dag wordt hij gedwongen om zijn huis te verlaten en moet hij zien te overleven in een stad die te kampen heeft met zware stormen en venijnige politiecontroles. Naast het station staan tentenkampen met vluchtelingen. Het heden, verleden en de toekomst zijn in de roman kunstig door elkaar vervlecht.

Boog is niet gaan zitten met een doortimmerd verhaal in zijn hoofd. "Ik laat me verrassen tijdens het schrijven. Het is ook een vorm van nieuwsgierigheid. Het begint ermee dat ik wil weten hoe ik zelf denk over buitenstaanderschap. Dat ga ik dan schrijvenderwijs uitzoeken."