Een bariton als bouwvakker
Operazanger Martijn Cornet werkte een klein half jaar noodgedwongen in de bouw. ‘Geweldig om te doen, maar wel erg zwaar. ’s Avonds om half negen lag ik compleet gevloerd in bed.’ Zijn zangcarrière blijkt beter te combineren met lesgeven op een basisschool.
Komende zomer is Cornet (39) weer schipper in de opera Vliegende Hollander van Holland Opera. Een half jaar geleden was de baritonzanger nog werkzaam als bouwvakker. ‘Ik heb heipalen de grond in gestampt, geïsoleerd, gemetseld, kozijnen geplaatst en een tuin aangelegd. Ja, ik heb veel geleerd.’
Hoe komt een operazanger in de bouw terecht?
‘Ik was één dag te laat met mijn aanvraag voor een TOZO uitkering, waarmee ik het overigens financieel ook niet gered zou hebben. Ik moest dus wel ander werk zoeken. Gelukkig ben ik redelijk handig: tijdens de verbouwing van mijn huis heb ik de aannemer al meegeholpen met het slopen van de achtergevel en het plaatsen van een nieuwe. Hij zei: ‘Kom maar bij mij in dienst, voor zo lang het duurt.’ Ik werd voor twee klussen aangenomen en heb een maand of vijf met hem, een elektricien en een loodgieter samengewerkt, tot aan de eerste dag van de repetities voor Vliegende Hollander.’
Het zijn nogal verschillende werelden: werken in de bouw en zingen in een opera …
‘Zeker. Bovendien ben ik gewend om leiding te geven, nu was ik opeens de laagste in de rangorde. Overal moest ik advies om vragen. Maar ik vond het werk geweldig om te doen, al was het fysiek erg zwaar. Na een paar weken kreeg ik pijn in mijn handen en kon ik mijn vingers niet meer goed bewegen. Ik dacht: ‘Wat is er in vredesnaam aan de hand?’ Ik heb opgezocht of het op mijn leeftijd al artrose kon zijn. Iemand zei: ‘Hallo, je tilt met zijn tweeën dingen van 100 kilo op, dat ben je helemaal niet gewend!’ Ik hou echt wel van doorpakken, maar vijf dagen in de week van zes tot zes dit zware werk doen was toch een beetje veel van het goede. ’s Avonds lag ik om half negen compleet gevloerd in bed.’