maandag 25 februari 2008

Wanhoop


De film Last Days van Gus van Sant toont de laatste dagen van Kurt Cobain voordat hij zelfmoord pleegde. Van Sant spaart de zanger van Nirvana niet. 

Doelloos, volstrekt in zichzelf gekeerd en teksten voor zich uit bazelend als: “Ik verloor iets op weg naar de plaats waar ik nu ben” dwaalt de junk door het bos. Ook zien we Cobain gekleed in een jurk en met een jachtgeweer om zijn schouder dolend door zijn kolossale landhuis. Als een vriend belt neemt hij de telefoon op, maar zegt geen woord terug. En tijdens een onderhoud met een man van de Gouden Gids is de vervreemding en apathie bij de zanger compleet. 

Als de film ook maar enigszins in de buurt komt van de werkelijkheid, was Cobain er niet best aan toe, zoveel wordt wel duidelijk. Over Kurt Cobain de muzikant kom je niet zo gek veel te weten en veel muziek is er niet in de film. Even hoor je hem door een open raam een liedje spelen, iets onbekends dat van Nirvana afkomstig had kunnen zijn. En ‘vrienden’ van hem somberen er vrolijk op los op de sinistere klanken van Venus in Furs van The Velvet Underground. Ook zien we Cobain mediteren terwijl op tv een gladgestreken R&B-clipje uit het begin van de jaren negentig wordt vertoond. Een bizar beeld. 

zondag 10 februari 2008

Avalanche Quartet

 
Het was zijn droom om schrijver te worden, maar toen de verkoop van zijn boeken tegenviel koos hij voor zijn oude liefde: de country. Onderweg van Montreal naar Nasville strandde hij in het Chelsea Hotel alwaar hij het gelijknamige lied schreef. 

Foto: Sam Tata
De rest van het verhaal is bekend: zijn debuutalbum werd een wereldwijd succes en plotsklaps was Leonard Cohen een popster, tegen wil en dank. Dat de weinig succesvolle romanschrijver sindsdien een belangwekkend muzikaal oeuvre heeft opgebouwd is bekend. En het bleek weer eens tijdens het optreden van het Avalanche Quartet in de Leeuwenberghkerk te Utrecht waar de formatie van Nits-voorman Henk Hofstede een selectie van zijn mooiste nummers speelde, speciaal samengesteld voor de recente Cohen-biografie van Mark Hendrickx. 

Het optreden van het kwartet werd voorafgegaan door een lezing van de Vlaming Hendrickx zelf. Het Avalanche Quartet toonde aan dat Leonard Cohen terecht wordt beschouwd als een van de grootste liedjesschrijver uit de pophistorie. Klassiekers en minder bekend werk van de bard werden door Hofstede en consorten gloedvol en elegant vertolkt, met gebruik van gitaar, contrabas, accordeon en piano. En de mooie tweede stem van Marjolein van der Klauw. Who By Fire, The Guests, Sister of Mercy, Famous Blue Raincoat, ze kregen allemaal een liefdevolle behandeling die de meester zelf vast ook gewaardeerd zou hebben. 

Hofstede gaf grootmoedig toe dat de lage regionen van Leonard Cohen voor hem te hoog gegrepen zijn, toch past zijn stem wonderwel bij de droefgeestige poëzie van de troubadour. Luister maar naar zijn versie van Who By Fire.

woensdag 6 februari 2008

Contrast


Live-optredens zijn er in alle soorten en maten. Je hebt professionele optredens voor een afgeladen en enthousiaste zaal en er zijn voorstellingen die wat kleinschaliger van opzet zijn. In een tijdspanne van week zag ik er van ieder een. 

Bij ons op de redactie was er een paar dagen geleden aan het eind van de werkdag een solovoorstelling van een stagiaire; plotseling toverde ze haar viool tevoorschijn en speelde een stuk van een klassiek componist die ik niet kende. Ze deed dat met veel enthousiasme, maar ook met minstens zoveel nervositeit. Bij vlagen zat ze er behoorlijk naast en een valse viool klinkt ook goed vals. De volgende dag zou ze meedoen aan een studentenwedstrijd en we hoopten met zijn allen dat ze haar zenuwen dan beter onder bedwang zou hebben. Na afloop van ‘het optreden’ volgde er een beleefd applausje. 

Enkele dagen eerder was ik getuige van een pianoconcert van Tsjaikovski in het Palau da Musica in Barcelona. Ik ben geen groot kenner van klassieke muziek. Wel weet ik dat Tsjaikovski mooie dingen heeft gemaakt, maar niet behoort tot mijn favoriete componisten. Het Palau da Musica beschikt echter van zichzelf over een dergelijke grandeur dat de keuze van een voorstelling er eigenlijk niet zoveel toe doet. 

En een klassiek concert is altijd de moeite waard, alleen al vanwege de capriolen van de dirigent. Zeker als die halverwege de voorstelling zijn stokje laat vallen en gekortwiekt het vervolg moet dirigeren. Afgezien van die uitglijder was het een perfecte voorstelling van een stel muzikanten die hun vak tot in de puntjes verstaan. Met name de pianist speelde weergaloos. Na het concert was er een minutenlange staande ovatie. De vergelijking is natuurlijk niet eerlijk, maar soms is een contrast wel erg groot.