maandag 17 maart 2008

De solo


Twee weken geleden overleed op slechts 41-jarige leeftijd Jeff Healey. Het verhaal is wellicht bekend: Healey was blind van jongs af aan en bespeelde de gitaar op zijn schoot. Toen ik eind jaren tachtig de wahwah van See the Light voor het eerst op de radio hoorde, was ik verbijsterd: de power, expressiviteit en virtuositeit! 

Het was in de tijd dat ik kickte op gitaarsolo’s, dat mag duidelijk zijn. Of het nu ging om de bluesy licks van Stevie Ray Vaughan en Brian Setzer of om het experimentele, geïmproviseerde geluid van Jimi Hendrix, Frank Zappa en Jan Akkerman, de lang uitgesponnen gitaarsolo was voor mij de ultieme vorm van muziek. Tegenwoordig heb ik er geen geduld meer voor en hou ik eigenlijk meer van een mooi afgerond liedje. 

dinsdag 11 maart 2008

Tom Brosseau

Deze website besteedde (onterecht) nog geen aandacht aan het bijzonder fraaie laatste album van Tom Brosseau, Cavalier. Het muzikale universum van deze Amerikaanse liedjesschrijver is vergelijkbaar met dat van de veelbelovende Amsterdamse jongeling Lucky Fonz III. 

Allebei vinden ze hun inspiratie in de folk uit de jaren dertig van de vorige eeuw, beschikken ze over een sensitief en hoog stemgeluid en hebben ze patent op lyrische melodieën met een lichte droefheid. In een interview met KindaMuzik zegt Brosseau hierover: “Ik kom uit North Dakota: een staat met veel open ruimtes, weinig inwoners en ijskoude winters. Daar heerst veel droefheid. Dat trieste is mij dan ook met de paplepel ingegoten.” Loodzwaar wordt de muziek van Brosseau echter nimmer, er schijnt voldoende zonlicht door. 

vrijdag 7 maart 2008

Tweede kans


Vrijdag treedt Claw Boys Claw op in Utrecht. Na elf jaar is de formatie van Peter te Bos terug met een album en een aantal liveoptredens. Claw Boys Claw was jarenlang de vaandeldrager van de alternatieve rock in Nederland. Een jaar of vijftien geleden was ik getuige van een optreden van de band in Tivoli. 

Geweldige show, maar wat me vooral is bijgebleven van die avond is het korte gesprek dat ik had met de frontman van die andere Amerikaans georiënteerde -maar minder vooruitstrevende- Amsterdamse formatie van die tijd: Fatal Flowers. Deze toentertijd behoorlijk populaire band had net besloten om het bijltje er bij neer te gooien. ‘Dead Flowers’ kopte Oor met veel gevoel voor pathetiek. Ik luisterde toen veel naar de Fatal Flowers en ik heb de band een keer of vijf live gezien, stuk voor stuk optredens die stonden als een huis.