dinsdag 26 mei 2009

La Primavera: tijd voor de flamenco


Van de zoete lentezon en rokjesdag is het een kleine stap naar de ruisende rokken, gracieuze dans en gepassioneerde gitaar van de flamenco. Ook in de Domstad wint deze Spaanse volksmuziek de laatste jaren flink aan populariteit. 

RASA fungeerde de afgelopen twee jaar als podium voor de Flamenco Biennale en op 10 mei is er in het wereldculturencentrum een optreden van Tino van der Sman, een rijkelijk getalenteerde Nederlandse flamencogitarist die zelfs in Zuid-Spanje geroemd wordt.

Het is een bijzonder verhaal: na twee jaar gitaarstudie reist de Haagse Tino van der Sman op zijn veertiende naar Spanje om er lessen te volgen bij Paco Pena, de grootmeester van de flamenco. Van der Sman raakt in de ban van de flamencomuziek en na afronding van het conservatorium in Rotterdam vestigt hij zich definitief in Sevilla. Aanvankelijk om zijn kennis op het gebied van de flamenco bij te spijkeren, maar het duurt niet lang aleer hij zelf zijn gitaarkennis doorgeeft. Een niet-Spaanse flamencodocent in Sevilla -bakermat van de flamenco- dat is een zeldzaam verschijnsel. Van der Sman is momenteel een grote jongen in de flamenco; hij trad op met grote muzikanten uit deze wereld (o.a. bij het gezelschap La Primavera). En 10 mei is hij dus te bewonderen in RASA.

Magisch moment
Flamenco is meer dan geklepper met castagnetten en geëxalteerde zang, zoals te zien en horen in menig Spaans vakantieoord. Ook de Gipsy Kings (“Bamboleo”) zijn niet representatief. Flamencomuziek is rond 1840 in Zuid-Spanje ontstaan onder boeren, mijnwerkers en vluchtelingen. Het is een samenraapsel uit de (reis)bagage van zigeuners, Joodse en Moorse vluchtelingen en Afrikaanse slaven. Zang en handgeklap vormen oorspronkelijk de basis, de kenmerkende flamencogitaar doet pas later zijn intrede. Begin negentiende eeuw is er dan de muziekvorm zoals we die nu kennen: rauwe zang, opzwepend gitaarspel, ritmisch handgeklap (of castagnetten) en parmantige dans. En triest of uitbundig, het draait immer om de duende: het magisch moment wanneer de zanger, danser of gitarist samen met het publiek in extase raakt.

Flamenco in Utrecht
De Utrechtse liefhebber van flamenco kan op verschillende plekken terecht. Zo worden er danslessen gegeven in Danscentrum Mondial en in Centro Flamenco Utrera. Bij de Utrechtse Gitaarschool kun je aankloppen voor flamenco-gitaarles. Een aanrader is tapasrestaurant ‘eLe’ aan de Oudegracht alwaar de gastheer zijn gasten elke donderdagavond trakteert op flamencozang, -dans en -muziek.

Veertig jaar RASA
Het optreden van de Nederlandse flamenco-gitarist Tino van der Sman vindt zoals gezegd plaats in RASA, het wereldculturencentrum aan de Pauwstraat. Naast flamenco komen in RASA allerlei soorten van wereldmuziek aan bod: van Turkse soefi-zang en West-Afrikaanse griotliederen tot Roemeense zigeunermuziek en salsa uit Colombia. Ook is er aandacht voor dans, theater en poëzie en zijn er regelmatig oriëntaalse clubdansavonden. Voor Mathilda Wolfswinkel, marketing- en communicatiemedewerker bij RASA, is een avondje RASA perfect geslaagd als er sprake is van een soort van duende: 'Ik geniet het meest van een concert als de wisselwerking tussen artiest en publiek zo sterk is dat het voelbaar wordt. Zo ontstaat er echt iets magisch in de zaal.' 

RASA bestaat volgend jaar 40 jaar, maar toch is er nog genoeg werk aan de winkel. Wolfswinkel: 'RASA is nog steeds een grote onbekende voor veel inwoners van Utrecht. Dat is jammer, omdat we door ons diverse aanbod voor iedereen wat wils hebben. RASA doet het nationaal en internationaal gezien prima en er gebeuren hier echt bijzondere dingen. Utrecht mag daar best wat meer trots op zijn.'

Straatnieuws mei 2009

Geen opmerkingen:

Een reactie posten