Utrechtse student helpt bij bouw van zonnewagen.

Een dag voor de zonsverduistering, op 19 maart, begon Utrechter Emiel Lorist samen met zijn team met de ontwikkeling en bouw van (mogelijk) s' werelds snelste zonneracewagen.   

Samen met veertien medestudenten van de TU te Delft vormt de Utrechter het Nuon Solar Team, dat op 18 oktober de wereldtitel gaat verdedigen tijdens de World Solar Challenge: een race dwars door Australië voor auto's die rijden op zonne-energie. In deze vijfdaagse wedstrijd over ruim drieduizend kilometer, die om de twee jaar plaatsvindt, starten de auto's in Darwin en passeren bij Adelaide de finish.

De weerman
Emiel Lorist studeert Technische Wiskunde in Delft, waar hij sinds vier jaar woont. Hij is de strateeg van het team en noemt zichzelf 'de weerman'. Vanuit een volgwagen gaat hij tijdens de race in oktober de snelheid van de zonneracewagen (die voor hem rijdt) bepalen: "De energie van de wagen moet zo efficiënt mogelijk worden gebruikt. Omdat er niet altijd zon is, komt daar veel rekenwerk bij kijken. Op basis van het energieniveau van de wagen bereken ik de gewenste snelheid, die ik dan doorgeef aan de bestuurder."

Grote kans
Zo'n dertig auto's uit de hele wereld nemen deel aan de World Solar Challenge. Het Nuon Solar Team doet dit jaar voor de achtste keer mee. Vijf keer (o.a. in 2013) won een studententeam van de TU Delft de wereldtitel. De grootste concurrent nu is Japan, zo denkt Lorist: "Dat land is ver in de ontwikkeling van accu's en zonnecellen". Hij geeft zijn team wel een goede kans om wederom te zegevieren: "Vanwege de technische innovatie op het gebied van aerodynamica, mechanica en zonnecellen."

Rechtdoor
In een loods in Aalsmeer ontwikkelt en bouwt het studententeam de komende maanden de zonneracewagen. Een gigantische frees gaat de vorm snijden. Vervolgens wordt de wagen doorontwikkeld en afgebouwd. Tenslotte wordt de wagen getest: op verlaten vliegbases in Nederland, en in Australië. Dat land is bij uitstek geschikt voor deze race: "Natuurlijk omdat de zon er veel schijnt, maar ook omdat de weg er vrijwel rechtdoor gaat. We hoeven dus geen rekening te houden met het bochtenwerk, maar kunnen ons volledig concentreren op het materiaal en de vorm van de auto."

Eerder verschenen in het Stadsblad.