dinsdag 19 januari 2016

Schitterende zwanenzang


En dan komt een cd-recensie opeens in een heel ander daglicht te staan. Drie dagen na de release van zijn nieuwe album Blackstar overleed David Bowie, totaal onverwacht. Hij bleek al anderhalf jaar ziek te zijn, maar komt op de valreep van zijn monumentale carrière met een schitterende zwanenzang.

De verwijzingen waren talrijk, hoor en lees je nu overal. En inderdaad: Bowie stond zelf niet op de albumhoes afgebeeld, maar een zwarte ster. Bovendien is ook het boekje bij de cd gitzwart. En dan die laatste clip van 'Lazarus', waarin Bowie (die er ook wel erg oud uitziet) geblinddoekt op een bed ligt, met knopen op zijn ogen. "Look Up Here I am in Heaven, I've Got Scars That Can't Be Seen", zo vangt hij aan. Verderop zingt hij: "I'l Be Free, Just Like That Bluebird". Aan het eind van de clip stapt hij een houten kast in ...

De symboliek ligt er dik bovenop, ben je dan geneigd te zeggen. Maar er zijn natuurlijk wel meer kunstenaars die opzichtig flirten met/of verwijzen naar de dood. De timing van de release van Bowie's nieuwe album had in ieder geval niet beter gekozen kunnen worden: op zijn 69-jarige verjaardag. En gelukkig is Blackstar een machtig slotwoord geworden van de man die zoveel betekend heeft voor de popmuziek. De eerste twee singles, 'Blackstar' en 'Lazarus', waren al veelbelovend: het leek alsof Bowie iets van zijn oude magie had teruggevonden.

Bowie's vorige album The Next Day (zijn eerste in tien jaar) stamt uit 2013 en was welzeker een prettig teken van leven, maar kon toch niet tippen aan zijn beste werk. Het intrigerende, en bij vlagen experimentele Blackstar kan dat wel. En er belooft nog het een en ander aan te komen, want het aantal van zeven nummers op de cd is nog niet de helft van wat er in totaal is opgenomen, zo vertelde drummer Mark Guiliana onlangs in een interview met de Volkskrant.

Blackstar opent majestueus met de bijna tien minuten durende mysterieuze, bij vlagen zelfs sinistere titeltrack. Nerveuze drums, spooky geluiden en de gedragen zang van Bowie bepalen de toon. Opvallend is de prominente rol van de jazzy sax van Donny McCaslin, net als op de rest van het album overigens. Het tweede lied, het rusteloze 'Tis a Pity She Was a Whore', is niet het beste nummer op Blackstar en klinkt een beetje stuurloos. Het stemmige, mooi opgebouwde 'Lazarus' daarentegen is prachtig, met Bowie zelf op gitaar, en wederom bijzonder stijlvol ingekleurd door de saxofoon.

Het oudste nummer op Blackstar, 'Sue (Or In A Season of Crime)' klinkt prettig hectisch en experimenteel. Bowie zingt er lijzig, maar groots overheen. Oosters van klankkleur is het fraaie 'Girl Loves Me', dat refereert aan eerdere exotische nummers van Bowie als 'Yassassin' (van Lodger) en 'The Secret Life of Arabia' (van Heroes). De twee slotnummers 'Dollar Days' en 'I Can't Give Everything Away' (een titel met een macabere naklank) zijn redelijk traditionele, maar prima Bowie-ballads, met opnieuw mooi saxofoonwerk. 

En dat was dat: het einde van een imposant oeuvre. Nu is het afwachten totdat de nummers die nog op de plank lagen voor Blackstar in de openbaarheid verschijnen. Postuum, het is niet anders … 





Eerder verschenen op KindaMuzik.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten