donderdag 11 januari 2018

Ronald Snijders speelt met verwachtingspatronen


Sinds november 2016 tourt cabaretier Ronald Snijders met zijn voorstelling Welke Show door het land. Op 22 december staat de Amersfoorter in De Flint.

"Ja, de show loopt wel lekker tot nog toe. Een paar grapjes heb ik intussen overboord gekukeld. Maar dat is niet erg, want er zitten er nog genoeg in," vertelt Snijders. Een voorbeeld? "Aan het begin zat een grap waardoor de mensen in de zaal me wellicht niet zo sympathiek zouden vinden. En aan het begin van mijn voorstelling wil ik nog wel aardig gevonden worden: dan kun je je later meer permitteren."

Samen met een bigband staat Snijders in 'Welke Show' garant voor een onderhoudend, gevarieerd en muzikaal avondje cabaret, vol met absurde grappen en rare invallen, maar ook met serieuze liedjes en anekdotes. De gemoedelijke sfeer op het podium is een bewuste keuze: "Veel kleinkunst is tegenwoordig nogal koeltjes of denigrerend van toon. Ik ben niet zo van de harde grappen." Snijders' humor zit dan ook meer op een lijn met die van André van Duin en Toon Hermans, twee van zijn grote voorbeelden.

Het optreden in De Flint voelt voor Snijders, geboren en getogen in Amersfoort, als een soort van thuiskomen. "In de zaal zitten vast en zeker oud-klasgenoten, of leraren van vroeger." In deze stad kwam Snijders ook voor het eerst in aanraking met theater en cabaret. "Op de Uitmarkt in 1987 zag ik aanstormend talent Paul de Leeuw. En ook Liesbeth List zag ik hier ooit nog."

Snijders begon ook in Amersfoort met het schrijven van ("lichtelijk absurde") verhalen, toen hij op zijn dertiende een schrijfmachine kreeg. "In de geest van Van Kooten en De Bie en Monty Python, andere helden van mij." Maar vanaf zijn zevende jaar al wist hij dat hij later artiest wilde worden. "Op die leeftijd playbackte ik voor de klas, samen met een paar vriendjes, het lied 'De Heidezangers' van Andre van Duin. Compleet met pruik en een raar brilletje op."

Amersfoort bleek een prima voedingsbodem voor zijn ongebreidelde fantasieën. "Het was er saai, maar op een prettige manier. Daardoor was er veel ruimte om te fantaseren, en om de verveling tegen te gaan."

Zijn fantasie de vrije loop laten bleef Snijders ook later doen: bij het spraakmakende satirische VPRO programma 'De Staat van Verwarring', als schrijver van zijn zogenaamde 'Kopdichten', in zijn onemanshows, en onlangs nog bij Arjan Lubach. Hier mocht hij opdraven in een piemelpak, bij een parodie op de MeToo discussie. "Toch een van de moeilijkste dingen die ik ooit heb gedaan. Ik zat in een soort van opgeblazen tent en moest in korte tijd, zonder spiekbord, erg veel tekst voordragen. En sowieso moet je wel ballen hebben om "ja" te zeggen als je gevraagd wordt om een piemel te spelen. Een van mijn hoogtepunten van dit jaar."

Een ander tv-programma waar Snijders momenteel zijn medewerking aan verleent, is de Boterhamshow. Deze animatie kindershow, die in de vroege ochtend wordt uitgezonden bij de NPO, is losjes gebaseerd op DWDD en The Muppets Show. "Heel flashy en mooi gemaakt, al zeg ik het zelf. On-Nederlands goed, hoorde ik iemand zeggen." Het is niet verrassend dat ook hier de toon absurd en verwarrend is, "en een beetje pesterig." Snijders' dochter van vijf jaar fungeert als criticus: "Haar heb ik mijn teksten voorgelezen toen er nog niks was opgenomen. En die vond ze erg leuk."

Veel draait bij Snijders om de taal. "Taal is inderdaad de reflex waar ik als eerste inschiet. Ook als ik op de actualiteit reageer." Het gaat vanzelf, zo zegt hij. "Ik kijk altijd eerst naar de woorden: wat kun je daar allemaal uithalen? En vaak geef ik dan een hele andere draai aan betekenissen." Niet iedereen kan zijn taalkronkels volgen: "Mensen komen vaak naar me toe met de vraag: Wat voor rare geest heb je?"

Maar het komt ook voor dat bezoekers van zijn voorstelling de geest krijgen: "Soms gaan er bepaalde hokjes open bij mensen, en maken ze na afloop dezelfde grapjes als ik."

'Welke Show' werd onlangs genomineerd voor de 'Poelifinario', de prestigieuze cabaretprijs. Snijders: "Dat is echt geweldig. Zeker als je bedenkt dat iemand als Claudia de Breij, die voor twee- of drieduizend man optreedt, ook genomineerd is. Ik speel in zalen voor hooguit driehonderd man."

Eerdere publicatie in het AD Amersfoortse Courant. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten