donderdag 30 december 2021

JESCO: een muzikaal vuilnisbakkenras


Een paar maanden geleden verscheen het eerste volwaardige album van de Utrechtse folkrockband JESCO: Bored or Sad. Een prima livereputatie had de viermansformatie al, na een kleine tien jaar is er dan ook eindelijk een debuut-cd. De NUK sprak met bassist Joran van Bart, accordeonist Joost Bos en zanger/gitarist Berend Vrakking voorafgaand aan hun wekelijkse repetitie bij dB’s.


Waar komt de naam JESCO vandaan?
Berend: ‘Die is afgeleid van een tapdanser uit de VS. Een nogal bedenkelijk type, hij was verslaafd en psychotisch. De combinatie van het vrolijke van tapdans met het duistere randje van die man vonden wij wel passen bij onze band. Wij maken ook muziek die vrolijk lijkt, maar het niet altijd is. We hadden al een nummer geschreven over die tapdanser, later hebben we onze band er naar vernoemd.’

Kunnen jullie iets vertellen over het ontstaan van de band?
Berend: ‘Op de middelbare school zijn we begonnen met een groepje vrienden: de voormalige drummer en gitarist, Joran en ik. Tijdens een optreden in dB’s van de band Slim Cessna's Auto Club besloten we om samen muziek te gaan maken. Aanvankelijk speelden we punk en country. Pas toen onze gitarist vertrok en Joost er als wasbordspeler en accordeonist bijkwam, veranderde het geluid en kwamen de Ierse invloeden.’

Inmiddels is ook Joost aangeschoven: ‘De band wilde er een melodie-instrument bij en het klikte meteen. Ik speel alleen nog trekzak en Ierse trommel, we hebben nu een veel betere wasbordspeler.’ Joran: ‘Net op het moment dat onze gitarist ermee stopte, kwam Joost in beeld. Dat was een goede timing.’

JESCO speelt Ierse en Amerikaanse folk, rockabilly, zydeco. Wat spreekt jullie zo aan in die genres?
Berend: ‘Het is de favoriete muziek van alle vier. Ik ben begonnen met country, maar ik hield ook van de punkfolk van The Pogues. Toen Joost bij de band kwam, ben ik me meer gaan verdiepen in Ierse muziek.’ Joost: ‘Mijn ouders luisterden veel naar Amerikaanse folk.’ Joran: ‘Ik ben met muziek opgevoed, die stond thuis altijd aan. Door onze eerste gitarist kwamen we bij de country terecht. Hij kwam bijvoorbeeld aanzetten met Jay Munly waar ik nog nooit van gehoord had. Die vond ik fantastisch. Zo ga je je steeds meer verdiepen in die muziek.’

Jullie zijn een paar keer naar Ierland gegaan om op te treden. Hoe kwamen jullie erbij om dat te doen?
Berend: ‘Dat was het idee van Joost.’ Joost: ‘Mijn ouders, beiden muzikant, wonen in Ierland. Ik ben op mijn 18e naar Nederland gekomen. Vier jaar geleden zijn we met de band voor het eerst twee weken gegaan. We hebben toen niet zoveel opgetreden, maar we hebben wel quitte kunnen draaien. In de buurt van mijn ouders speelden we een paar keer op straat en in pubs. Toen we een keer in een surfdorpje optraden, haalden we binnen een uur net zoveel op als normaal met een heel optreden. Een jaar later zijn we weer naar Ierland gegaan, toen wisten we een beetje hoe we het aan moesten pakken.’

Hoe werden jullie daar ontvangen? JESCO was vast niet de enige band die deze muziek speelt …
Joost: ‘Er komen niet veel buitenlandse bands in Ierland omdat het niet echt op de route ligt.’ Berend: ‘Je hoort er vrij veel traditionele Ierse muziek, maar onze folk met Amerikaanse invloeden wordt minder gespeeld. Dat vinden ze wel verfrissend. Joost: ‘We spelen eigenlijk ook voornamelijk Amerikaanse muziek, maar dan met Ierse invloeden. Het spelen op straat verliep heel goed. We zijn ook nog naar het zuiden getrokken en hebben in Dublin gespeeld.’ Joran: ‘Als je in Ierland bent, moet je ook in Dublin gespeeld hebben natuurlijk.’

Waarom trekt het land jullie zo?
Joran: ‘Het is de hele sfeer van de muziek, de pubs, de mensen. Joost was voor ons de perfecte ingang. Als hij niet in de band had gezeten, waren we er niet geweest, denk ik.’ Berend: ‘Ik ben het land gaan waarderen toen ik er voor het eerst was. Toen dacht ik: ‘Wow wat is het hier mooi en tof!’ Het is een magisch land waar de oude folkverhalen nog volop leven. Heel anders dan in het nuchtere Nederland. De mensen zijn er heel gastvrij, maar dat komt misschien ook omdat we er muziek hebben gemaakt.’

Ik las ergens dat de muziek van JESCO klinkt als goedkope whisky. Hoe belangrijk is drank eigenlijk voor jullie bij het maken van muziek?
Berend: ‘Een whiskykenner ben ik niet, wel een liefhebber. Voor een optreden drink ik bijna nooit, erna wel ja.’ Joran: ‘Ik ben helemaal gestopt met de alcohol.’ Joost: ‘En ik ben meer van de jonge jenever tegenwoordig.’ Berend: ‘We zouden een keer om zeven uur op een Iers/Schotse bruiloft spelen, maar dat werd elf uur. Toen hadden we wel een paar drankjes op voordat we het podium opgingen. Het publiek ook gelukkig.’ Joran: ‘Daar heb ik de beste Guinness ooit gedronken.’ Berend: ‘Soms is het leuker om te spelen met drank op, maar je wordt er niet beter van.’ Joran: ‘De sfeer zit er wel sneller in en je bent niet zo panisch om een foutje te maken. Dat gebeurt toch wel natuurlijk, maar dan speel je gewoon door.’ Berend: ‘Onze muziek wordt wel intenser beleefd door een publiek met een drankje op. Het is ook leuk om om één uur ’s middags op een braderie te spelen, maar dan krijg je veel minder reacties dan wanneer je om negen uur in de tuin van dB’s optreedt.’ Joost: ‘Wij spelen juist veel op zondagen bij braderieën en feestjes.’ Joran: ‘Bij het eerste biertje gaan de mensen vaak los. Dat is ook leuker voor ons als band, i.p.v. de befaamde halve cirkel voor onze neus.’

Kun je als band ook wel eens verrast worden door een publiek?
Berend: ‘Op een dag traden we op ergens in Overijssel waar de mensen allemaal met de armen over elkaar stonden. Ik dacht dat ze het vreselijk vonden.’ Joran: ‘Je doet je best, maar krijgt nul respons en denkt: ‘Zullen we maar stoppen?’’ Joost: ‘Een vrouw in een hoekje stond wel te klappen.’ Joran: ‘Dat was je tante toch?’ Joost: ‘Het publiek bleek te bestaan uit leden van een motorclub. Iemand zei: ‘Ze gooien niks naar jullie, dus dan vinden ze het juist leuk’. En wat bleek? Na afloop kwamen ze cd’tjes bij ons kopen ...’

Jullie missie is om een uniek muzikaal vuilnisbakkenras te fokken, las ik. Leg eens uit …

Joost: ‘We plukken hier en daar wat uit de blues, rock ‘n roll, bluegrass en country. Geen van die genres afzonderlijk beheersen we goed. Maar als je alles bij elkaar propt, kun je er toch iets nieuws van maken. En het is ook leuk om te doen zo.’ Berend: ‘Soms denken we: laten we eens een bluegrassnummer doen. Maar dat lukt dus niet en dan krijg je onze mengvorm van bluegrass, zydeco, blues en country. Een muzikaal vuilnisbakkenras dus.’

Naam: JESCO
Opgericht: 2012
Genre: Filthy Folk 'n' Roll/Dark country
Invloeden: Legendary Shack Shakers, Blind Willie Johnson, 16 Horsepower, Dead Brothers, The Pogues, Tom Waits.
Favoriete Utrechtse bands: Baby Face Nelson, Blue Grass Boogiemen
Favoriete Utrechtse concertzaal: dB’s
Beste optreden tot nog toe: voorprogramma van Dead Bronco UK in dB’s
Belangrijkste wapenfeit: ‘Ons eerste album en het feit dat we al bijna tien jaar bezig zijn en het nog steeds leuk vinden.’
Grote droom: ‘Een lange tour door Europa en VS, spelen op Muddy Roots Festival, Picking Bones Festival en veel lol hebben. En muziek maken kunnen bekostigen.’

Eerdere publicatie op de NUK.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten