maandag 20 juni 2022

Tara kreeg corona en nu smaakt alles vies


De twaalfjarige Tara Wollrabe uit Utrecht heeft al ruim een half jaar last van een verstoorde smaak en reuk als gevolg van een eerdere coronabesmetting. Steeds meer eten lust ze niet meer als gevolg van parosmie, een beschadiging van de reukzenuw. Ook voor kinderen en hun omgeving kan corona heel ingrijpende gevolgen hebben.


In de woonkamer staan drie dozen met medicinale drinkvoeding. Deels op fruit- en deels op melkbasis. Dagelijks moet Tara minimaal twee flesjes leegdrinken. Ze bevatten noodzakelijke eiwitten, mineralen en vitamines. ‘De diëtiste zei dat ze deze drankjes echt moet gaan drinken. Anders loopt haar gezondheid gevaar. Maar ze ziet er als een berg tegenop. Hoe krijg je die drankjes ook weg als je ervan moet kokhalzen?’, vraagt haar moeder Evita zich af.

foto: Angeliek de Jonge
In de meivakantie van 2021 kreeg Tara corona. Opgelopen tijdens een slaapfeestje met vriendinnen. Ziek werd ze er nauwelijks van, afgezien van een lichte verkoudheid en een drukkend gevoel op de borst. ‘Alsof ik te snel spaghetti had gegeten,’ zegt ze. Van een reuk- en smaakverandering was nog geen sprake. Pas in juli, twee maanden later, kreeg Tara voor het eerst last van een vervormde reuk en smaak.

‘Het begon met een vieze ochtendsmaak, zoals iedereen die wel eens heeft,’ vertelt ze. ‘Ook ik had die soms, maar deze smaak was veel viezer en duurde langer.’ Een slokje water of een kopje thee wil dan nog wel eens helpen, maar Tara kreeg de vieze smaak niet uit haar mond. ‘Op een dag lustte ik zelfs geen hamburger meer. En daar was ik altijd zo dol op!’ Ook kreeg ze last van vieze geuren, bijvoorbeeld in de supermarkt: ‘Een geopende vriezer in de supermarkt rook opeens naar nagellakremover ...’ 

Gelukkig is er enige tijd nog het een en ander dat Tara wel kan eten, al is er niets meer dat echt lekker smaakt. Enkele maanden leefde ze op pasta met geraspte kaas, paprika, maiskolven en vanillevla. Pannenkoeken en wentelteefjes lukten ook nog wel. Maar dit alles begon op een gegeven moment ook vies te smaken. Vanaf Kerst at ze als hoofdgerecht alleen nog maar frietjes. ‘En die lustte ik voor de corona niet eens!’

Bij Evita gingen op dat moment alle alarmbellen af. Het werd steeds moeilijker om iets te bedenken wat Tara zou kunnen eten. ‘Ik heb nog nooit zoveel eten weggegooid als afgelopen maanden,’ verzucht ze. ‘Je blijft toch van alles proberen, maar negen van de tien keer kan ze het niet eten door haar coronasmaak. ‘ Hoe Tara de veranderde smaak precies ervaart, vindt ze lastig om uit te leggen. ‘In het begin had ik één vieze smaak, maar dat werden er al snel meer. Nu smaakt alles op een andere manier vies.’

Evita heeft haar eigen eetpatroon noodgedwongen ook aangepast. Vlees braden bijvoorbeeld doet ze niet meer, ui en knoflook gebruikt ze nog maar zelden. Tara verdraagt de geuren gewoonweg niet. ‘Al met al is het behoorlijk ingrijpend en ontwrichtend,’ zegt Evita. Gasten uitnodigen om te komen eten zit er niet meer in, of ze moeten genoegen nemen met frietjes en een salade. Als moeder en dochter bij andere mensen gaan eten, wordt Tara’s probleem van te voren aangekondigd. ‘Maar dat is zo ingewikkeld dat we vaak alleen nog op de koffie gaan,’ zeg Evita.

Ook buitenshuis ervaart Tara steeds meer hinder van haar smaak- en reukstoornis. ‘Op school wil ik niet meer eten omdat het stinkt in de kantine. Mijn eten smaakt daardoor ook heel vies. En buiten school is het te koud.’ Als ze met haar moeder door de stad fietst, houdt ze regelmatig haar hand of jas voor haar neus. Vooral als er een brommer of dieselauto voorbij komt. ‘Te vies!’

Op school wordt er wel rekening met Tara gehouden. ‘Tijdens de Sinterklaasviering op school werd het eten, speciaal voor mij, buiten bereid. Maar iedereen nam de gefrituurde hapjes vervolgens weer mee de klas in, zodat de geuren zich door het lokaal verspreidden. Toen werd het toch nog lastig voor mij.’ 

Haar vrienden lijken de reuk- en smaakproblemen van Tara soms een beetje te onderschatten. ‘Omdat ik geen plezier meer heb in eten, word ik iets meer verwend door mijn moeder. We doen veel spelletjes, ik krijg massages, en sommige dure dingen koopt ze nu eerder voor mij. Andere kinderen zeggen soms: ‘Als ik dat allemaal zou krijgen, zou ik ook wel jouw smaak willen hebben.’ Maar ze beseffen niet hoe vervelend het is.’

Bijna zeven maanden al heeft Tara er nu last van. ‘Ik ben veel sneller moe dan normaal en ik heb vaker een mental breakdown,’ zegt ze. ‘Ze heeft veel minder energie dan ze zou moeten hebben. De koolhydraten en suikers die ze binnenkrijgt geven steeds een korte energiekick, maar daarna volgt dan een flinke dip,’ voegt Evita toe.

Ze begint zich zorgen te maken. Ondanks haar groeispurt is Tara’s gewicht de laatste maanden nauwelijks toegenomen. Een bezoek aan de KNO-arts heeft tot nog toe niet veel opgeleverd: ‘Er is met een camera in haar neus gekeken, maar ze hebben niks afwijkends kunnen constateren.’ Binnenkort wordt er nog een MRI-scan gemaakt om te kijken of er mogelijk poliepen achter in de neusholte zitten. ‘Maar die kans is erg klein.’

In het Reuk- en smaakcentrum van het Reinier de Graaf Gasthuis in Delft is Tara’s reuk onderzocht. Afgezien van de vervormingen als gevolg van corona is daar niets mis mee. En juist voor die vervormingen is nog geen remedie. ‘Het is in ieder geval belangrijk dat er veel onderzoek gedaan wordt,’ zegt Evita.

Er leek enige hoop op verbetering dankzij de neusklem. ‘Omdat Tara letterlijk begon te kokhalzen van die medicinale drankjes, heb ik een neusklem gekocht. Ik las erover op een website voor lotgenoten. Eerder wilde ik er niet aan omdat ik het toch wel heel treurig en tegennatuurlijk vond. Het leek even te werken.’ Niet alleen lukte het zo om de drankjes van de diëtiste te drinken, met de neusklem op at ze ook weer pasta met kaassaus in plaats van friet. ‘Laatst heb ik er doperwtjes doorheen gedaan, en ook dat lukte,’ zegt Evita.

Momenteel leeft Tara op frietjes, pasta met kaassaus en paprika. Soms eet ze wat druiven, nootjes of een ontbijtreep. ‘Als snack neemt ze wel eens Tucjes of chocola. En we zijn dus net begonnen met die medicinale drankjes. ’

Maar ondanks de neusklem blijven de drankjes en het meeste eten -weliswaar in mindere mate - vies smaken. ‘Toen het nieuwtje van de neusklem er af was, nam Tara’s weerstand weer de overhand. Het blijft dus een grote uitdaging om te zorgen dat ze voldoende voedingsstoffen binnen krijgt.’

Update: Het is inmiddels vier maanden later en de parosmie bij Tara is nog steeds niet verdwenen. Wat ze zoal eet, verandert van week op week. Frietjes en pasta eet ze al lang niet meer. Momenteel leeft ze van kaasstengels, aardbeien, chocola en appels. Naar omstandigheden gaat het wel redelijk goed met Tara. Ze werkt hard om, ondanks de parosmie, over te gaan naar de tweede klas van de X11-school in Utrecht.

KNO-arts bij het UMC Utrecht Digna Kamalski:

‘Uit dit verhaal blijkt dat corona ook voor kinderen problemen kan geven. Zo jong en zoveel klachten al. Dit zien we niet vaak bij kinderen op deze manier. Er is bij Tara duidelijk sprake van parosmie, een aandoening waarbij de reuk is veranderd. De reukzenuw is door corona dusdanig aangetast dat er een verstoord signaal wordt doorgeven naar de hersenen. Twee op de drie coronapatiënten krijgt te maken met reukverlies, ofwel anosmie. Meestal gaat dit binnen een maand over. Maar bij sommige ontstaat (meestal na een paar maanden) parosmie. Dat kan vier maanden duren, maar ook twee jaar. Dit kan heel ingrijpend zijn in het dagelijks leven, zoals je ziet bij Tara. Stel je voor: Je weet dat je aan pepermunt ruikt, maar je ruikt een aangebrande gehaktbal. Voor parosmie zijn helaas nog geen behandelopties. Het is moeilijk te onderzoeken omdat het een ervaring betreft die bij de een heftiger is dan bij de ander. Ieder mens gaat er ook anders mee om. Een volwassene zal sneller denken: ‘Ik hou hoe dan ook mijn vaste eetpatroon aan.’ Een kind denkt al snel: ‘Als het zo vies is, eet ik het wel niet.’ Maar stoppen met eten is geen oplossing. Zoek naar dingen die het kind wel met plezier eet. En zoek daar weer broertjes en zusjes van. Het belangrijkste is dat er eten ingaat en het kind de noodzakelijke voedingsstoffen, zoals eiwitten vitamines en mineralen, binnenkrijgt. Een diëtiste kan hier bij helpen’. 

Eerdere publicatie in AD Utrechts Nieuwsblad. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten