dinsdag 21 juni 2022

Utrechtse crooner verlegt zijn grenzen


Bigband, jazz en swing staan opnieuw centraal op het laatste album van Dennis van Aarssen ‘How to live’. Donderdag staat de Utrechtse crooner in TivoliVredenburg met zijn nieuwe show ‘Swinging on a star’, waarin hij songs van Frank Sinatra, Michael Bublé en Jamie Cullum afwisselt met eigen nummers.

Na het winnen van The Voice of Holland in 2019 ging het snel met Dennis van Aarssen (27). De Utrechtse zanger werd veel gevraagd voor radio- en tv optredens en een half jaar later had hij al zijn eerste theatertour. Voor zijn debuutalbum ‘Forever You’ (2020) ontving Van Aarssen een Edison. In november vorig jaar verscheen de opvolger ‘How to live’.

Voor iemand van jouw leeftijd is het best bijzonder om dit soort muziek te maken. Hoe kwam je bij die bigbandmuziek terecht?

‘Toen ik een jaar of zeven was, draaiden mijn ouders veel het album ‘Sing when you’re winning’ van Robbie Williams. Ook keken we regelmatig naar de dvd met een liveconcert van hem in The Royal Albert Hall in Londen. Ik vond dat te gek! Het leek me heel gaaf om met zo’n groot orkest muziek te maken. Later ben ik die liedjes gaan googelen om te kijken van wie ze oorspronkelijk zijn. Zo kwam ik terecht bij Frank Sinatra. Ik ben ook genoeg andere stations gepasseerd hoor, zo ben ik ook een enorme fan van Queen. Maar voor mij is Sinatra de grootste op deze planeet. Hij straalde zo’n autoriteit uit, zelfs als hij ‘Old MacDonald had a farm’ zingt, moet je gewoon luisteren. Bovendien kun je niet stil blijven zitten bij zijn muziek. Je moet wel heen en weer bewegen, met je hoofd knikken of dansen.’

Ik vermoed dat de meeste vrienden van jou naar hele andere muziek luisteren …

‘Ja, dat klopt. Maar ze waarderen wel wat ik doe. Voordat ik The Voice won en bekend werd, zong ik nog wel eens in een karaokebar ‘My Way’ of ‘New York, New York’. Die klassieke nummers kenden ze natuurlijk wel en vonden ze ook te gek.’

Verrassend op je nieuwe album vond ik de cover van Lonely Boy van The Black Keys.

‘Ik luister ook naar andere muziek hoor. Dat rauwe van The Black Keys vind ik ook mooi. Als de emotie goed is en de sound lekker, vind ik het heerlijk om naar te luisteren. Dat kan swing, jazz of bigband zijn, maar ook deephouse of rock. Op de middelbare school, toen ik een jaar of zestien was, heb ik ook nog in een bandje gespeeld dat nummers speelde van The Black Keys, Franz Ferdinand en zelfs, op een blauwe maandag, Rage Against the Machine. Dat wil je me nu niet meer horen zingen haha. Maar de liedjes van The American Songbook, een verzameling van jazz-standards uit de VS, zong ik toen ook al het liefst.’

Onlangs trad je zelf op in New York. Hoe komt een Nederlandse jazzzanger daar terecht?

‘Ik schrijf al een paar jaar samen met twee Amerikaanse muzikanten, Jeff Franzel en Maria Christensen. Vanaf het begin zeiden zij: ‘We moeten je uit dit kleine landje weghalen. In New York gaan ze je helemaal te gek vinden.’ In 2020 waren er al optredens geregeld in New York, maar corona gooide roet in het eten. In februari van dit jaar kwam het er dan echt van. In de Feinstein's/54Below, een mooie jazzclub met veel historie, stond ik daar met een bigband van elf man, op een veel te klein podium voor een man of 120. De sfeer was onbeschrijflijk! Zoiets had ik niet meer meegemaakt sinds het winnen van The Voice. Mensen kwamen zelfs speciaal uit Brazilië om mij te zien.’

Wat kunnen we nog meer verwachten van jou?


‘Ik ga mijn grenzen opzoeken, zowel muzikaal als internationaal. Veel meer kan ik daar nog niet over vertellen. Maar dat ik een liedje van The Black Keys cover, zegt al iets. In de vorige zomer ben ik ook een ander muziekproject gestart, The Black Tie Affair. Met twee jongens maak ik popliedjes die deels uit de computer komen. Dat vind ik ook te gek. Ik wil het allebei doen: als Dennis van Aarssen jazz en met The Black Tie Affair uitstapjes naar andere muziek.’

Eerdere publicatie in AD Utrechts Nieuwsblad.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten