vrijdag 5 januari 2024

Op zoek naar een eigen stem


Opeens durfde zanger/componist Job Roggeveen niet meer te zingen. En dus vroeg hij een aantal bekende Nederlandse zangers voor de liedjes van zijn project Happy Camper. Op zijn laatste album zingt hij wel zelf. ‘Alsof je als regisseur van een film opeens de hoofdrol gaat spelen.’

In zijn eerste band Omski was Job Roggeveen nog gewoon de zanger. Toen deze ophield te bestaan, begon de Utrechter in 2011 met Happy Camper: ‘De liedjes die ik schreef werden complexer, een beetje chansonachtig,’ vertelt hij. Een probleem: hij durfde ze niet zelf te zingen. ‘Ik had het idee dat je als zanger geschoold moest zijn om dergelijke liedjes te kunnen zingen.’

Roggeveen legde de lat hoog voor zichzelf. ‘Ik vond ik dat ik alles zou moeten kunnen zingen en blokkeerde. Thuis werd vroeger veel klassieke muziek gedraaid. Mijn moeder zong in een professioneel koor. De kwaliteit van zang was heel belangrijk.’ De liedjes die Roggeveen schreef voor Happy Camper waren melodisch gezien te ingewikkeld voor hem. Hij ging op zoek naar gastzangers.
Via zijn toenmalige band El Pino & The Volunteers kwam hij in contact met Nederlandse artiesten. ‘Voor ieder liedje van Happy Camper wilde ik een andere zanger of zangeres. Tegen Tim Knol zei ik dat Blaudzun ook meedeed, Blaudzun vertelde ik dat ik Tim Knol al zover had weten te krijgen om een lied te zingen. Ik heb een beetje gebluft ja. Maar het belangrijkste was dat er muzikaal en persoonlijk een klik was.’

Was het niet wennen om andere artiesten zijn liedjes te horen zingen? ‘Ja, het wordt toch altijd weer heel anders dan het in je hoofd zit. Enkele zangers hadden moeite met mijn timing. Ik schrijf vrij puntige teksten en sommige hebben een luie dictie. Soms wisselde ik liedjes om omdat een ander liedje een zanger beter lag. Ieder moest er zijn eigenheid inbrengen, maar uiteindelijk kwam dat helemaal goed.’

Wat heet: Happy Camper werd een groot succes, met optredens op grote festivals, bij DWDD en een Edison. Was dat ook gelukt zonder al die bekende namen? ‘Nee, dat denk ik niet. Het is wel grappig dat Happy Camper is voortgekomen uit iets waar ik voor terugschrok: zingen en vooraan op het podium staan.’

Over aandacht had Roggeveen overigens niet te klagen, hij fungeerde als gastheer, bandleider en woordvoerder van de band. ‘Soms wilde ik best een van de zangers zijn. Maar er was ook geen ruimte om te zingen voor mij: ik moest de hele boel managen.’

Toen Roggeveen even afstand nam van Happy Camper, en andere dingen ging doen zoals het schrijven van intieme pianostukken, kwam hij tot de ontdekking dat hij zijn liedjes toch zelf wilde zingen. Een besef dat ook tot onzekerheid leidde: ‘Als bedenker van de band had ik succes en het voelt heel kwetsbaar als je opeens zelf een nummer gaat brengen. Alsof je als regisseur van een film opeens de hoofdrol gaat spelen.’

In september bracht Roggeveen met Happy Camper de plaat The Both of Us uit met zelf gezongen liedjes, bijgestaan door zangeres Leine die al vanaf het begin betrokken is bij Happy Camper. Waarom lukt het nu wel? ‘Mijn eerdere liedjes waren een soort dagboek met persoonlijke verhalen. Nu heb ik meer afstand tot de dingen en kan ik meer beeldend schrijven. Dat is fijner om te zingen.’

Ook zijn de liedjes eenvoudiger van compositie. ‘Ik hou het nu klein, zonder complete toonladders. Dan is mijn stem precies goed. Die eerste platen van Happy Camper waren heel euforisch. Het intieme, dromerige past mij beter.’

Roggeveen vindt nu zijn stem van toen eigenlijk wel mooi. ‘Ik had het idee dat ik ergens aan moest voldoen. Een stem in mijn hoofd zei: de kwaliteit moet altijd hoog zijn. Nu hou ik wel van een stem die niet perfect is.’

Eerdere publicatie in AD Utrechts Nieuwsblad.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten