donderdag 22 augustus 2019

Dertig jaar ZIMIHC


Claudia de Breij, Vincent Bijlo, Ingmar Heytze: bekende Utrechtse namen die repeteerden of hun eerste podiumervaring opdeden bij ZIMIHC. De organisatie ter promotie van amateurkunst bestaat 30 jaar en dat wordt nog tot eind juni gevierd met optredens, workshops, theater en meer. De NUK sprak met directeur en oprichter Appie Alferink.


Eerst maar eens over die naam. Hoe is die eigenlijk ontstaan?

“ZIMIHC is in de jaren 80 begonnen als een band. Samen met drie andere neerlandici maakte ik poëzie op popmuziek. We speelden vooral op straat. Op een dag was het erg slecht weer. We speelden voor de V & D en mensen die stonden te kijken vroegen ons: “Hoe heten jullie?” Wij zeiden: “Zat ik maar in Hoog Catharijne.” Dat werd dus ZIMIHC. De band bestaat nog steeds overigens.” 

De straatband groeide uit tot een organisatie voor podiumkunst. Hoe is dat gegaan?
“Later speelden we met ZIMIHC in zalen door het land. De vraag rees of we nog verder wilden groeien, met als gevolg dat we meer de cabaretkant op zouden gaan. Maar daarvoor waren we te artistiekerig; we pasten niet in een keurslijf. En ik wilde ook meer dan alleen op het podium staan. Ik deed al de zakelijke kant van de band. Eind jaren 80 ging ik ook andere bands begeleiden. Uit ervaring wist ik waar hun behoeftes lagen. Toen ik een deel van een buurthuis kon huren aan de Adriaanstraat, waar een podium was en een piano stond, is het begonnen met ZIHMIC als organisatie.”

En nu zijn er vestigingen in Wittevrouwen, Zuilen en Overvecht.
“We konden de drukte in de Adriaanstraat niet meer aan. In korte tijd meldden zich heel veel Utrechtse artiesten. Van de gemeente huurden we een oud schoolgebouw aan de Bouwstraat in Wittevrouwen. Toen zich steeds meer amateurkunstenaars meldden, waaronder veel koren, besloten we ons volledig te richten op amateurs. Dat was, en is een hele bloeiende sector in Utrecht. En omdat we amateurkunstenaars in alle sociale lagen wilden bereiken, moesten we de wijk in. In 2008 zijn we begonnen in Overvecht en in 2011 in Zuilen.”

Wie is jullie doelgroep?
“Iedereen die aan amateurkunst doet, in welke discipline en van welk niveau dan ook. Ze kunnen allemaal bij ons repeteren. Voor publieke optredens, zoals Lazy Sunday Afternoon, nemen we soms mensen die nog niet zo goed zijn in bescherming. Voor hen zijn er de ZIMIHC sessies: dat zijn kleine podia voor iedereen.”

Is elke kunstdiscipline even ruim vertegenwoordigd bij ZIMIHC?
“Nee, er komen bij ons vooral veel koren. In Utrecht zijn er ongeveer 280. Ook werken we veel met theatergroepen, en met muziekbands natuurlijk. De komende jaren willen we meer aandacht besteden aan dansgroepen.”

Hoe belangrijk is kunst eigenlijk?
“Vijf jaar geleden werd kunst nog beschouwd als een linkse hobby. Die tijd is wel voorbij. Er wordt steeds meer gekeken naar het belang van kunst voor de samenleving. Het is goed voor de cohesie in een wijk. En kunst is stimulerend voor de gezondheid en voor de hersenen. De effecten van kunstbeoefening zijn vergelijkbaar met die van sport.”

Hoe zorgen jullie ervoor dat de zalen vol zitten?
“Dat is soms wel lastig omdat het publiek niet onze primaire doelgroep is. We vragen een gezelschap dan ook om hun publiek zelf te regelen. Het gaat dan vaak om een eigen netwerk: opa, oma, de kinderen, etc. Amateurs hebben geen homogeen publiek, maar een eigen achterban. Ze kopen bij ons dan 180 tickets en zetten die zelf weg. Wij helpen de artiesten wel met de promotie van hun optreden.”

Wat zij de plannen voor de toekomst?
“ZIMIHC heeft al een behoorlijk netwerk van cultuur in de stad. Behalve de drie vestigingen in Wittevrouwen, Zuilen en Overvecht zijn er ook nog Cultuur19 en De Vrijstaat in Leidsche Rijn, het Wilde Westen in Oog in Al en de jongerenhuizen in Overvecht en Kanaleneiland. We hebben nu de ambitie om iets in Utrecht-Zuid te gaan doen: op de grens van Hoograven en Kanaleneiland, bij de Vechtclub XL aan het Merwedekanaal, willen we ook graag een cultuurhuis. Daarnaast willen we meer aandacht besteden aan ouderen. Want opa speelt ook basgitaar tegenwoordig. Lang werd gedacht dat ouderen en kunst in de therapeutische hoek zit. Maar die groep wordt steeds groter, en heeft tijd en geld. Als amateurkunstenaar kun je natuurlijk ook nog tot ver na je 65e doorgaan. Daar moeten wij op inspelen. ”

En die naam houden jullie maar zo …
“Ja, al struikelt iedereen er over haha. Maar we zijn eigenwijs. Er zit ook een verhaal achter; de wortels van de naam liggen in de stad. Mensen vragen ons wel eens of ZIMIHC een Poolse trojka is, of een Poolse landdag. Maar als je eenmaal weet waar de afkorting voor staat, blijft die ook wel hangen hoor.”

Eerdere publicatie in de NUK.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten