donderdag 10 augustus 2023

Sophie Straat maakt geen liefdesliedjes 


De koningin van een nieuwe generatie protestzangers, zo wordt de Amsterdamse Sophie Straat genoemd. Op haar eerste album ‘Smartlap is niet dood’ verpakt ze haar kritische teksten in toegankelijke melodieën. ‘Er zijn gewoon veel dingen waar ik het niet mee eens ben.’

Het contrast is groot tussen de onvervaarde zangeres van de maatschappijkritische liedjes en de ingetogen variant aan de telefoon. In haar teksten neemt ze geen blad voor de mond, maar tijdens het interview is ze weinig uitgesproken. Het protest bewaart ze voor haar muziek, zoveel is duidelijk.

Foto: Luca Roelvink
Haar echte naam is Sophie Schwartz. ‘Toen mijn moeder ontdekte dat er op Facebook privacy details waren gelekt, leek het haar verstandiger om daar niet langer onder mijn eigen naam te staan. Mijn broer koos de naam Sophie Straat voor mij. Als grap, maar ook omdat we in die tijd veel naar hiphop luisterden.’ Toen de zangeres een artiestennaam nodig had voor haar afstudeerproject, was de keuze snel gemaakt.

Het project, met als thema de gentrificatie in Amsterdam, leidde tot haar eerste ep ’T is niet mijn schuld. Met een vet Amsterdams accent zingt Straat een aantal smartlappen over de woningcrisis en andere hoofdstedelijke sores. Zelf kreeg Sophie Straat met de gentrificatie te maken toen ze vanuit Den Haag, waar ze aan de kunstacademie studeerde, terug wilde keren naar Amsterdam en geen woning kon vinden.

Dat ze bij haar afstuderen voor de smartlap als uitingsvorm koos, is makkelijk te verklaren. ‘Conceptmatig paste het goed bij mijn project over de verandering van Amsterdam. Bij Amsterdamse muziek denk je al gauw aan smartlappen. Pas toen ben ik er echt naar gaan luisteren en me erin gaan verdiepen.’ Thuis in De Pijp bij haar Britse moeder en Amerikaanse vader hoorde Straat vooral The Beatles en de Rolling Stones. Maar in de omgeving klonk de smartlap op elke straathoek. ‘In de kroeg ben ik ook niet vies van Andre Hazes.’ Een zwak heeft ze voor de Zangeres zonder Naam. ‘Dat ze opkwam voor minderheden was bijzonder in die tijd. En als vrouw moest ze extra hard haar best doen.’

Op het eerste album van Sophie Straat, ‘Smartlap is niet dood’, voert de smartlap niet langer de boventoon. In liedjes als ‘Mijn Club’ en ‘Mannen’ klinkt het levenslied nog wel door, maar verder lijkt ze vooral geïnspireerd te zijn door synthpop, ska en drum ’n bas. Verbaal gaat ze flink tekeer tegen o.a. het Vaticaan, de abortuswet in de VS, het koningshuis, vervelende mannen en de politie. Ook breekt ze een lans voor homo’s in de voetbalsport.

De voorliefde voor maatschappijkritiek heeft Straat niet van een vreemde. ‘Mijn moeder durf ik wel een activist te noemen. Ze is radicaal links en gaat naar demonstraties. Niet alleen staat ze ergens voor, ze wil er ook iets aan doen. Zo doet ze vrijwilligerswerk bij vluchtelingenorganisaties en bij de daklozenopvang. En ook zij protesteert tegen koopwoningen in de Pijp.’

Voor Straat is het niet minder dan vanzelfsprekend dat haar liedjes een kritische lading hebben. ‘Ik maak geen liefdesliedjes. Voor mij moet het iets betekenen. Ik hou niet van oppervlakkigheid. Met mijn liedjes wil ik iets van verandering teweeg brengen. Anders heeft het voor mij geen zin om ze te schrijven. Er zijn gewoon veel dingen waar ik het niet mee eens ben.’

Drammerig worden de liedjes van Sophie Straat niet omdat ze haar boodschap verpakt in toegankelijke, catchy melodieën en de teksten niet gespeend zijn van humor. In ‘Tweede Kamer’ (met Goldband) zijn de verwijzingen naar Doe Maar en The Selecter evident. ‘Mooier als je lacht’ klinkt als jaren 80 disco en ‘Wat is het kut om agent te zijn’ wordt gezongen op de luchtige melodie van Fleetwood Macs ‘Everywhere’. ‘Het is een tactiek om mensen naar me te laten luisteren, mee te laten zingen en mee te krijgen.’

Aan het eind van het lied ‘Mannen’ zingt een heus mannenkoor de tekst: ‘Mannen, jullie tijd is voorbij!’ Geestige vondst, en voor columnist Sander Donkers zelfs reden er een stukje aan te wijden op de voorpagina van de Volkskrant. ‘Ook humor gebruik ik om mensen mee te krijgen. Maar voor mij is het ook belangrijk om enige luchtigheid erbij te betrekken. Anders wordt het te zwaar.’

Dat Straat af en toe enige weerstand oproept met haar pittige teksten is niet heel verbazingwekkend. Online krijgt ze regelmatig boze reacties. Maar ze lijkt er niet echt van onder de indruk te zijn. ‘Mensen zijn boos zonder reden en gebruiken woorden die nergens op slaan. Zinnige argumenten hebben ze meestal niet.’

Serieuzer werd het vorige zomer toen de zangeres op een Rotterdams festival een lied over Amsterdam zong. ‘Een paar mannen sloegen door, gooiden met bier en zeiden dat ze ons wilden vermoorden. Toen moest er wel even een beveiliger bij komen,’ vertelt ze koeltjes.

En nu staat ze op Best Kept Secret. ‘Superleuk! Ook nog op een lekker laat tijdslot: het bewijs dat onze act serieus wordt genomen’. Op de radio wordt ze vooralsnog niet of nauwelijks gedraaid. ‘Of ze vinden het kutmuziek, of het komt omdat mijn liedjes een politieke boodschap hebben en ze geen kleur willen bekennen.’ Toch nog een glimp van de Sophie Straat die geen blad voor de mond neemt.

Eerdere publicatie in de VPRO Gids.   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten